Delano à Cohen ruilt Quick Boys, waar hij assistent-trainer is, in voor VFC en keert daarmee terug naar de stad waar hij bijna 34 jaar geleden het daglicht zag en in 2013 een seizoen bij Zwaluwen speelde.
Nu fungeert Vlaardingen als startpunt van zijn carrière als hoofdtrainer. De vraag of hij aan de Sportlaan wilde neerstrijken kwam onverwacht, maar niet ongewenst. Tot 2023 speelde hij nog bij Nieuwenhoorn, waar hij tevens jeugd trainde. “Dat was leuk om te doen”. Het maakte de wens wakker om daarmee na zijn voetbalpensioen verder te gaan. Quick Boys haalde hem vervolgens naar Katwijk. Daar zit hij morgen voor de bekerwedstrijd tegen Heerenveen als lid van de technische staf op de bank. Dat is uiteraard andere koek, dan derby’s tegen HBSS of CION. Het neemt niet weg, dat hij uitkijkt naar zijn overstap naar VFC. “Een mooie club”, looft hij niet alleen de potentie, die hij de hoofdmacht toedicht, maar ook de sfeer, die hij aantrof. “Het is een vereniging waar voetbal nog echt beleefd wordt. Met een spelersgroep, die al lange tijd bij elkaar is. Jongens, die niet op de zestien blijven hangen, maar willen voetballen en de aanval zoeken. Dat is precies wat ik beoog”.
Dat er niet de strikte wens leeft om de eerste klasse te bereiken, kan bij À Cohen op begrip rekenen. Mocht de weg omhoog toch ingeslagen worden, dan hoeft er, vindt hij, niet eens elders naar versterking gezocht te worden. “VFC kan zich heus wel zelf redden met de jeugd, die er volop is, en de eigen spelers. De spelersgroep, die er nu staat heeft kwaliteit, is ingespeeld op elkaar en bereid om er voor te gaan. Met voor mij dan de taak om er nog meer aan toe te voegen”. Daarbij houdt hij ook rekening met het altijd in ruime mate aanwezige thuispubliek. “Die komen niet alleen voor de gezelligheid. Ze willen ook een lekkere pot voetbal zien. Daar wil ik graag voor zorgen.”
Bron: Groot Vlaardingen